Zoals de aandachtige SPOT´er al in de mot had – we zijn in de hoofdstad van het Inca-rijk! De modderstromen van vorige week hebben van de tocht naar Cuzco echter een hels avontuur gemaakt. De kers op de taart van onzen Boli, die we hier allicht zullen verkopen.
Het begint vrijdag in Curahuasi al goed. “Cuzco? Nee, daar kom je niet”. “Tja… er is wel nog een oud bergpaadje, maar ging dat nergens anders heen?”. “Nee, bergpaadjes bestaan niet meer. Modderstromen hé”. “Toeristen? Zijn daar geen helikopters voor?” Afin, de meningen lopen uiteen. We peilen alles uit in Google Earth en besluiten het er, voor de zoveelste maal gezeten op ons 150cc-werkpaard El Bolivar, toch maar op te wagen. Na een halfuurtje over compleet verlaten asfaltwegen bereiken we het punt waar de weg ´weg´is – veranderd in de kolkende bruine massa van de Rio Apurimac. Daar duiken we links een modderweggetje in, dat al snel steil bergop begint te lopen. Gemiddeld 24% is de eerste kilometer, voortdurend over glibberige modder. Uiteraard mag Garibaldi van de motor om te gaan duwen, terwijl kompaan Francobollo met plankgas en veel plezier de bruine brij in het rond spuit 🙂
Wat daarna volgt is back-to-basics van het puurste soort. Terwijl een 4×4 zich achter (beneden) ons vastrijdt, klimt El Bolivar gestaag naar boven. De paadjes worden steeds smaller en de begroeiïng neemt toe. De afgedrukte plattegrondjes van Google Earth komen van pas, als de weg plots ophoudt en we links, dwars door verlaten ruïnes, de velden induiken. Even later wordt het pad nog smaller en voert langs schrikwekkende ravijnen en over wankele bruggetjes. Het moet jaren geleden zijn dat daar nog een mens met een voertuig gepasseerd is, maar El Bolivar houdt vol. Soms is het bibberen voor chauffeur Francobollo, die alle moeite van de wereld doet om de controle te bewaren. Moeten er nog foto´s zijn?
Na een welgekomen middagpauze in een klein indiaans dorpje, waar we met de hulp van de locals onze motor wassen – het slijk drijgt de versnellingsbak te verstoppen – bereiken we een iets grotere weg. Die voert ons uiteindelijk de berg af. Net achter de laatste weggespoelde stukken sluiten we terug aan op de hoofdweg, die 80 kilometer en een laatste bergpas verder in Cuzco strandt. We hebben het gehaald. Niet onbelangrijke tegenslag: Macchu Picchu blijkt onherroepelijk dicht te zijn wegens het noodweer. We blijven de situatie dagelijks checken, maar er lijkt weinig verbetering in de maak. Zolang de spoorweg en de bruggen niet gerepareerd zijn en er geen helikopters vliegen, zullen we de grootste Zuid-Amerikaanse attractie niet te zien krijgen.
Cuzco zelf is anders wel de moeite. We zitten gelogeerd in de excentrieke San Blas-wijk, in een smal steegje met hobbelige kasseien en prachtige koloniale geveltjes. Het centrum hier is een vreemde maar toch harmonische combinatie van de welbekende gigantische Inca-blokstenen en elegante Spaanse architectuur. In die setting proberen we, vooralsnog zonder veel succes, ook onze motor te verkopen. Zelf gaan we binnenkort door naar Bolivië, maar Boli zal die reis niet meer meemaken. Hopelijk vinden we snel een koper en hoeven we het emotionele afscheid niet nodeloos lang te rekken 🙂
bij het lezen heb ik mijn adem ingehouden!!!!!
en een traan weggepinkt bij het afscheid van boli!!!
Jullie nieuwe verhalen en gebeurtenissen zijn altijd iets om naar uit te kijken. elk nieuw verslagje dat er op komt lezen met volle aandacht.
ZE zijn ook altijd even spannend, wat gaat nu he volgende voertuig zijn.
Groetjes
indrukwekkend dat jullie er geraakt zijn, sommige van die plekken zagen er echt wel vrij gevaarlijk uit. Wel spijtig van Macchu Picchu, maar aan overmacht kunt ge niet veel doen natuurlijk. Hoe is het weer ondertussen nog? Regenachtig of toch zonnig, het leek zonnig op de foto’s.
cheers
Kasper
dit is wel het strafste stuk uit jullie reisavonturen
Het ga jullie goed daar, volhouden en genieten!
groetjes
Dirk
Muchas gracias voor de welgemeende aanmoedigingen!
Gaspaar, het weer hier is een stuk beter dan we verwacht hadden (afgaande op de nieuwsberichten) elke dag wel wat druppels, maar ook volop zon, al blijft het koud. Denk “Lago de Quilotoa” 😉
Tim en Vicky, ons volgende vervoersmiddel zou een rasechte trein moeten worden – naar verluidt een ervaring op zich hier. Het begint al wel redelijk fout, want de stortregens hebben het spoor richting Puno vernield. Dat wordt wachten tot Bolivia alvorens we onze wagon de rails kunnen zetten.
Straks tekenen we hopelijk het contract voor de verkoop van onzen Boli, al blijft het afwachten tot we de harde dollars vasthebben… . Spannend!