“Freeze!” De bloedhete temperaturen doen het niet meteen vermoeden, maar het gebaar van onze gids spreekt boekdelen. Voor ons staat een pecarí, een soort wild oerwoud-zwijn. Snuivend en met gevaarlijk ogende slagtanden beschermt hij een kleintje, dat achterop komt. Als dit zwijn aanvalt, volgt de rest. 10 of 15 secondenlang kijken we elkaar in de ogen. Dan draait hij zich plots om en verdwijnt in de onmetelijke groene muur. Dit is Corcovado – `s werelds biologisch meest intense plek, dixit National Geographic.
Zoals aangekondigd in ons vorige bericht, werd het een goeie week geleden hoog tijd om nog eens van de platgetreden gringo-paden af te dwalen. Buiten de vogelnestjes van Herman van Rompuy zijn er heden ten dage echter nog weinig authentieke wildernissen. Het Parque Nacional Corcovado in zuidelijk Costa Rica is er één van. En wat voor één. De tocht richting Corcovado kost al gauw 9 uren op een gammele bus plus nog eens anderhalfuur in de jeeptaxi en aanzienlijke entreegelden. Genoeg om de doorsnee-gringo met cocktail en surfboard af te schudden op Playa Tamarindo of een ander, minder arbeidsintensief paradijs. Gevolg was dat we maandag moederziel alleen met ons vijven aan de rand van de jungle stonden, nadat de jeeptaxi ons met tenten, slaapzakken, kleren en eten voor drie dagen had achtergelaten op een slijkerige rivieroever.
Het avontuur begon meteen goed. Om het eerste ranger station te bereiken, moesten we maar liefst 24 rivieren oversteken, sommigen met sterke stroming en water tot bijna aan het middel (een relatief gegeven, gezien de verschillen in lengte). Liesbeth presteerde het om haar schoenen droog te houden, de rest zou uiteindelijk bijna drie dagen in vijvers lopen. Zonder krokodillen en bijgevolg ook zonder kleerscheuren kwamen we aan bij Los Patos, van waaruit we ´s anderdaags met een lokale gids vertrokken voor een 19-kilometer lange jungletocht richting La Sirena, het befaamde tweede ranger station waarvan de naam alleen al bij biologen aller lande natte dromen uitlokt. Onderweg zagen we achtereenvolgens kapucijnenaapjes, spinapen, brulapen en de bijna uitgestorven squirrel monkey, om nog maar te zwijgen van agouti`s, neusberen, prachtige ara`s en een eenzame toekan. Indrukwekkend waren ook de verrassend verse jaguar- en poema-sporen. Na bijna negen stapuren kwam de kust, en daarmee ook La Sirena, eindelijk in zicht – stof genoeg voor Tim om een 537ste foto te trekken, voor Liesbeth om een opgemerkt gilletje te slaan, voor Lies om haar blijnen te inventariseren en voor Francobollo om zijn ondergewaardeerde sandalen van zijn voeten te pellen. Het was mooi geweest.
De jaguars en tapirs die ´s nachts het station naar verluidt omzwerven, kregen we niet te zien, maar de `s anderdaags om half zes in de ochtend deed de bovengenoemde pecarí de adrenaline al meer dan voldoende stijgen. Die dag zouden nog meer apen, een arend, koningsgier, miereneter en hele families wasberen volgen. De tocht over het ongerepte strand van Corcovado, langs de bulderende branding van de Stille Oceaan, was bloedheet en adembenemend. Eenmaal in het laatste ranger station, La Leona, mocht het juk eraf. Het laatste eten werd opgekookt en `s avonds kon er na de prachtige zonsondergang zelfs een pintje af in een nabijgelegen bar. Dat we geen fer-de-lance, bushmaster (“na een beet heb je nog 15 minuten te gaan”) of boa constrictor tegenkwamen, mocht een geluk heten – bleek immers dat onze “professionele” gids geen antigif bij had.
We hebben Corcovado overleefd en de foto`s spreken boekdelen. Na twee dagen uitrusten bij Crazy Trey en Italian Elisabth in Hostel Tucan, Uvita, zetten we terug koers naar San Jose en Alajuela. Van hieruit is Lies vanochtend terug richting huis vertrokken. Tim en Liesbeth kozen nog voor een tweedaagse aan de Caraïben. En dus zitten Frank en ik terug met elkaar opgescheept voor de tweede helft van onze trip, die woensdag begint met een vlucht richting Ecuador. Het land van de evenaar zullen we twee weken lang bereizen van noord naar zuid – en dat in het zeer gewaardeerde gezelschap van mijn goede vriend Kasper, die op dit moment allicht al zijn schaakstukken in zijn valies aan het schikken is. Kasparov, we will be expecting you!